Ik geef de pen door: “Het is tijd om de handen ineen te slaan.”

 

Clustering van ouderen met zorg houdt de fragmentatie van woningen in dorpen en steden in stand en draagt niet bij aan de ontstane zorgkloof, stelt Henry Smeets, manager Facilitaire Zaken bij Land van Horne in de regio Weert.

De zorgkloof

Het is een feit dat we door de vergrijzing onze woonwijken in toenemende mate gaan delen met zorgbehoevenden. Nog niet eens zo lang geleden woonden ouderen in een verzorgingshuis. Nu wonen ze zo lang mogelijk zelfstandig in een gewone woonwijk waar men in de loop der jaren een sociaal netwerk heeft opgebouwd. Een goede ontwikkeling, omdat mensen gehecht zijn aan hun vertrouwde woonplek en samen met de partner nog zo lang mogelijk kunnen genieten van het leven.

Het is van belang dat mensen goed en vitaal ouder kunnen worden en actief en betrokken kunnen blijven. Senioren leveren een grote maatschappelijke bijdrage als vrijwilliger, mantelzorger en kinderoppas en vormen een onmisbare schakel in de samenleving. Naar verwachting zal de komende twintig jaar het aantal 80-plussers in Nederland stijgen van 800.000 naar twee miljoen en het aantal dementiepatiënten van 270.000 nu tot een half miljoen.
Het Sociaal en Cultureel Planbureau waarschuwde enkele jaren geleden al dat al deze mensen zo lang mogelijk zelfstandig laten wonen een enorme druk op mantelzorgers en professionele zorg zou gaan leggen. Op dit moment werkt 1 op de 7 werkenden in Nederland in de zorg. Met de vergrijzing neemt het aantal werkenden in de zorg af naar 1 op de 4, hetgeen impliceert, dat we op de huidige manier niet kunnen doorgaan.

Nieuwe woon(zorg)concepten

Smeets: in mijn werk bij Land van Horne ben ik o.a. verantwoordelijk voor het vastgoed. We bieden in 17 locaties zorg en huisvesting aan ouderen. Ik denk vanwege het groeiend aantal 80-plussers, die steeds meer vereenzamen, in combinatie met het toenemend personeelstekort, dat er een transitie moet plaatsvinden van institutionele verpleeghuiszorg naar wonen in de samenleving. Er is behoefte aan veilige, kleinschalige, geclusterde woonvormen, midden in de wijk waar ouderen nu wonen. Woonvormen waarin jong en oud kriskras door elkaar woont, met aandacht voor groen en zodanig ingericht, dat men elkaar bewust of spontaan ontmoet en naar elkaar omkijkt.

Met zo’n woonconcept streven we naar een vitale leefgemeenschap voor mensen die bewust kiezen voor een dorpsgerichte gemeenschap, die ouderen behoud van hun zelfstandigheid biedt en waarin echtparen kunnen blijven samenwonen.

Land van Horne is met het nieuwe huisvestingsbeleid een nieuwe weg ingeslagen die nog beter inspeelt op deze ontwikkeling. We anticiperen niet alleen op de groei aan thuiszorg, maar zorgen ook door middel van het realiseren van kleinschalige woonvormen, dat als ouderen inboeten op hun zelfredzaamheid toch “in de wijk” kunnen blijven wonen. Daarnaast proberen we bestaande voorzieningen zoals een buurtwinkel, horeca, kapper et cetera in het nieuwe concept te integreren, maar doen we ook een beroep op het uitwisselen van talenten bij de bewoners onderling.

Wonen binnen een community

We richten het concept zo in, dat de inwoners elkaar op uiteenlopende plekken tegenkomen, vaak ook terloops, zonder op zoek te zijn naar ontmoetingen. Anderzijds weten we ook dat meer sociaal contact niet altijd wenselijk is. We zoeken naar een balans tussen gemeenschap en autonomie, bemoeien en loslaten.
Om deze vorm van samenlevingsopbouw te realiseren gaan we samen met gemeenten, woningcorporaties en andere partijen als “community organizers” aan de slag om een brug te slaan tussen zorg- en welzijn professionals, bewoners, en lokale partijen of individuen die iets voor elkaar kunnen betekenen binnen dit nieuwe concept.
Smeets: een wijk met alleen maar losse draden kent geen wijkweefsel. Organisaties en bewoners staan dan geïsoleerd ten opzichte van elkaar en verzwakken elkaar eerder dan dat ze elkaar versterken. Met behulp van het geformeerde kernteam kunnen we samen mét de bestaande bewoners en aanwezige voorzieningen in de wijk een prachtig “dorpje” realiseren, waar we niet meer praten over doelgroepen maar over inwoners. Daarbij ook met elkaar wetende dat we niet alle vraagstukken des levens zomaar kunnen oplossen, een deel zullen we ook moeten accepteren, maar dit soort concepten kunnen we niet meer alleen realiseren; het is tijd om de handen ineen te slaan om de vraagstukken en het realiseren van een samenlevingsopbouw voor onze (kwetsbare) ouderen samen op te pakken.

Henry Smeets, Land van Horne geeft de pen door een Judit Delnoij.

 

 

Illustratie boven dit artikel komt uit magazine Programma Langer Thuis ministerie van VWS november 2020

 

 

 

 

Facilitair Verduur-Samen: werk aan de winkel in de zorgsector!

“Weet je dat de zorgsector in Nederland net zo vervuilend is als de luchtvaart? De zorgsector produceert zo’n 7,6 miljard kilo CO2 per jaar. Van handschoenen tot plastic verpakkingen, dit afval wordt allemaal verbrand. De zorgsector zorgt zo voor 7% van alle uitstoot in Nederland. Daar moeten we wat aan doen!” Deze boodschap in het filmpje De Groene IC van Diederik Gommers (Erasmus) en Iwan Meynaars (NVIC) is een confronterende en verhelderende start van het FMG-seminar ‘Facilitair Verduur-Samen’ in Sportcentrum Papendal op 11 oktober. In het hart van de Nederlandse topsport waar dagelijks 400 topsporters hun krachten inzetten, werden de 60 seminardeelnemers uit de zorgsector uitgedaagd om hun krachten in te zetten. Want… er is werk aan de winkel.

 “Een duurzame toekomst begint vandaag. Laten we samen de toekomst vormgeven.” De missie van gastheer en hygiënespecialist CWS Nederland sluit perfect aan op de CO2-cijfers van de zorgsector en het thema van het FMG-seminar ‘Facilitair Verduur-Samen’. Vier sprekers – onder leiding van dagvoorzitter en voorzitter van FMGezondheidszorg Suzanne Walsteijn – gaven buitengewoon inspirerende, verhelderende en verrassende inzichten: duurzaam sanitaire ruimtes inrichten, duurzaam sanitaire ruimtes verbouwen, duurzame geuren produceren en beleven, en verduurzamen in de zorg onderzoeken.

Van gezondheidsparadox naar -kans

CWS is een systeemleverancier in gezondheid, veiligheid en bescherming, Johan van Engelen is key accountmanager corporate sales voor een van de zes onderdelen van CWS, Hygiene. Dat CWS actief is, is duidelijk: in 16 landen in Europa worden jaarlijks 186 miljoen kledingstukken en handdoekrollen gewassen. Dat er geen ‘planet B’ is, weten we; Johan neemt ons mee in de huidige situatie van klimaatverandering, waarbij de zeespiegel met 1,04 meter stijgt en Amsterdam een ‘drowing city’ is. En de Gezondheidsraad stelt dat “de zorgsector veel te veel verduurzamingskansen laat liggen”.

“Je ligt in een ziekenhuis om beter te worden. De paradox zit ‘m in de cirkel van CO2-uitstoot, die leidt tot klimaatverandering, waardoor mensen ziek worden en de vraag naar gezondheidszorg toeneemt. Door de CO2-uitstoot te verlagen, krijgt de cirkel een positieve wending: de klimaatveranderingen wordt beperkt, wat leidt tot een lagere ziektelast en een klimaatbestendige zorg”, legt Johan uit. Johan stelt de deelnemers vragen: is de huidige carbon footprint van uw organisatie bekend? Johan vertelt over hetgeen CWS aan duurzame initiatieven onderneemt, hoe je duurzaam kunt inkopen – wat hoge boetes kan besparen als je de wetgeving niet opvolgt – en het stigmatiserende beeld dat de gezondheidszorg heeft over het katoenen of badstoffen handdoekje aan de muur. Met een katoenen handdoekautomaat, zeepdispenser en waterbesparende sensor- en mengkranen kunnen duurzame stappen worden gezet qua inrichting van sanitair.

Duurzaam verbouwen

Tijmen Boogers van Sanimood neemt ons mee in het duurzaam verbouwen van sanitaire ruimtes. “Onze eerste klant was Eindhoven Airport in 2015.” Met de opdracht om waterbesparende urinoirs in te zetten, een hufterproof toiletinrichting en ander materiaalgebruik met minder CO2-uitstoot ging Tijmen aan de slag. Veel gesprekken en ontdekken leidden voor Sanimood tot een mooie look, innovaties, duurzame en tegelloze wanden, gerecyclede materialen en gemakkelijker schoonmaakonderhoud.

“Via een reclamebureau kwamen we tot de folies op de achterwand met diverse toplagen, waaronder een antibacteriële toplaag.” Ook de waterbesparing lukte door van 10 naar 3 liter per spoeling te gaan. “Jaarlijks bezoeken 2,5 miljoen mensen Eindhoven Airport, wat een behoorlijke besparing oplevert.” Dat de zorg net als de luchtvaart voor 7% van de totale CO2-uitstoot zorgt, weten we inmiddels, maar dat de bouw 40% produceert, liet Tijmen de seminardeelnemers ook weten. De oplossing? Steen- en stucwerk kosten heel veel arbeidsuren. Door het ontwerp en de prefabricage kost het minder tijd en transport, wat de verbouwing gemakkelijker en sneller maakt. Zijn tips: laat je traditionele uitvraag los, zet in op een andere aanpak, denk vooraf na samen met schoonmaak- of facilitaire diensten en ga voor duurzaam verbouwen.”

Beleving is belangrijk

“Een win-win-win creëren”, concludeert Willem Woudenberg van de ambitieuze Sense Company. “We willen 5 miljoen mensen een duurzame, gelukkige en positieve geurbeleving bezorgen, ‘spreading unexpected smiles’; we bereiken al 1,2 miljoen mensen.” Hoe het team vanuit Tilburg die ‘smiles’ bezorgen? “Door geurbeleving, geurmarketing en met doelen en effecten, bijvoorbeeld van de ruimte, omgeving, bezoekers en medewerkers.”

Achter de schermen zet Sense in op duurzaamheid met elektrische auto’s, zonnepanelen én inkoop van geurproducten: “De levensduur, cosmos gecertificeerde, natuurlijke geuren en EcoVadis-certificering.” Voor de schermen gaan geurbeleving en duurzaamheid ook hand in hand”, illustreert Willem met diverse voorbeelden: “Je kunt insecten wegsturen door een bepaalde geur in te zetten, waardoor insectenbestrijding met overlast, menselijke inzet en chemische middelen overbodig worden.” De intelligente geurmachines van Sense worden vanuit Tilburg gemonitord. “We bekijken online 200.000 machines wereldwijd. Daardoor is op de luchthaven Schiphol slechts één persoon per 3 a 4 maanden nodig voor onderhoud en onze pomp functioneert 10 jaar. Dus dagelijks onderhoud en een jaarlijkse pompvervanging zijn niet nodig.”

Duurzaamheid creëren is de missie van Sense: “We maken medewerkers blij op hun werkplek, we zorgen voor een fijne beleving van de bezoeker, we verspillen geen overbodig verbruik door de inzet van onze intelligente geurmachines en brengen mensen in een zorginstelling rust en kalmte. We prikkelen zintuigen op een positieve manier.”

Onafhankelijke onderzoeken

Het kwartet sprekers van Facilitair Verduur-Samen sluit af met het Expertisecentrum Verduurzaming Zorg (EVZ) van TNO. Onder regie van Green Deal Duurzame Zorg is EVZ opgericht om het stapsgewijze klimaatdoel 100% CO2-reductie in 2050 te halen. EVZ deelt informatie, tools en goede voorbeelden, en ondersteunt het werken aan de routekaarten. Bijvoorbeeld: wanneer realiseren zorginstellingen welke verduurzamingsmaatregelen?

Karin Kompatscher neemt de seminardeelnemers mee naar EVZ, zoals de Zorgduurzaamkaart, die de verduurzaming van zorgvastgoed in beeld brengt met tvw’s (transitievisie warmte), aardgasvrije wijken en warmtenetwerken. Ook over de portefeuilleroutekaart en kennisagenda voor care & cure vertelt Karin met als peilers bevochtiging, binnenklimaatrichtlijn ouderenzorg en warmtapwater. Met TNO als basis is het logisch dat resultaten van de analyses van portefeuilleroutekaarten gebaseerd zijn op onafhankelijk onderzoek in care en cure qua vastgoed, vierkante meters, elektraverbruik en andere energiebesparende maatregelen. Cure ‘wint’ het met 10% boven cure qua reductie CO2-emissie: 57% versus 47%.

Ter afsluiting geeft Karin nog twee voorbeelden van BovenIJ ziekenhuis, met maatregel en onderzoek naar warmte- en koudedistributiesysteem, en ’s Heeren Loo die de primeur heeft voor de realisatie van energieneutrale zorgwoningen. Kortom, voldoende informatie om de uitdaging aan te gaan om als zorgorganisatie de CO2-emissie op orde te krijgen.

Met dank aan
Het seminar Facilitair Verduur-Samen was inspirerend en verrassend, divers en inzichtelijk. Presentaties, ervaringen, best practices, onderzoeken, netwerken en elkaar inspireren creëerden een beeld hoe een betere samenwerking kan leiden tot mooie uitkomsten. Met dank aan Johan van Engelen van CWS, Tijmen Boogers van SanimoodWillem Woudenberg van Sense, Karin Kompatscher, PhD van TNO/Expertisecentrum Verduurzaming Zorg, dagvoorzitter en FMG-voorzitter Suzanne Walsteijn, bestuursleden Astrid Graal FMGezondheidszorg en Tomas van Duijnhoven, die deze dag organiseerden..

______________________________________________________________

 

Wat doet FMGezondheidszorg?
Als beroepsvereniging voor facilitaire professionals in de zorg is ons motto: Kennis maken is kennis delen en kennis delen is kennis maken!’ We richten ons dan ook op het vergroten van kennis op het gebied van Facilitaire Dienstverlening in de zorg. Hiervoor verzamelen, ontwikkelen en delen we kennis op een toegankelijke en aantrekkelijk manier: zowel de inhoud als de vorm heeft onze aandacht. Daarbij is er altijd ruimte om onderling de verbinding te zoeken. Want door elkaar op een informele manier te ontmoeten, groeit je netwerk gestaag. Altijd fijn om op terug te vallen bij vragen of uitdagingen in het vak!

CSU Innovatie Award 2022

 

Er zijn nog zes kanshebbers voor de CSU Innovatie Award 2022. Er gaan maar drie innovaties mee naar de finale op 10 november. Met jouw stem beslis jij mee over welke drie dat zijn. Wie heeft in jouw ogen de meest impactvolle innovatie en het beste verhaal? Kortom, wie van de kanshebbers verdient volgens jou een finaleplek?

Bekijk de 6 genomineerden en stem voor 10 november a.s.

 

Ik geef de pen door; Duurzaam schoonmaken bij en door cliënten

Bij ons werk als facilitair managers is sinds een aantal jaren duurzaamheid in beeld. Wij kunnen daar veel in betekenen.

Bij Gemiva is een pilot uitgevoerd met duurzaam schoonmaken door en bij cliënten. Schoonmaakbedrijven die wij contracteren werken allemaal al met duurzame middelen en methodes maar het schoonmaken van cliëntappartementen is een wat lastiger dossier. De WLZ (Wet langdurige zorg) gaat ervan uit dat een cliënt zelf doet wat hij zelf kan en dat wij de kosten van de schoonmaakmiddelen vergoeden of deze ter beschikking stellen. Als de cliënt dus zelf een aantal schoonmaakklusjes kan uitvoeren is het vanuit veel gezichtspunten van belang dat hij die ook zelf uitvoert. Op deze manier geformuleerd is het schoonhouden van hun appartement een begeleidingsdoel. Maar kan de schoonmaak door de client ook op duurzame wijze?

Concept

Nu is de kern van duurzaam schoonmaken dat je met minimaal water en minimale toevoegingen schoonmaakt. Bij de pilot hebben we gekozen voor Alpheios. Zij hebben een goed doordacht concept. Je gebruikt licht vochtige doekjes om de oppervlaktes in een appartement te reinigen. De doekjes zitten in een koker en worden na gebruik direct in de was gegooid. Per appartement heb je dan gemiddeld 10-12 doekjes met een verschillende kleur nodig.

Pilot

Doekjes in een koker, doekjes per vlak één keer gebruiken, niet uitspoelen maar direct in de emmer voor de was? Collega’s gaven aan dat dit niet zou lukken. Maar niet geschoten is altijd mis dus hebben we de pilot toch gestart. De gekozen locatie heeft een “groen” hart. De locatie heeft al veel milieubesparende maatregelen doorgevoerd, dus als het ergens kon slagen dan is dat daar. Op deze locatie werden de cliëntappartementen al schoongemaakt samen met onze interieurverzorgster. Zij was gelijk enthousiast voor de pilot. Daarnaast was er ook een cliënt instructie nodig. Onze afdeling ‘Leren & Ontwikkelen voor cliënten’ heeft voor hen een handboek met pictogrammen gemaakt. Na de selectie van drie vrij hoog niveau cliënten zijn we gestart.

Resultaat

Wat hebben we geleerd?
De drie cliënten die we geselecteerd hadden zijn alle drie uitgevallen. Maar met vier andere cliënten ging het prima. Bij deze vier hadden we dat tevoren echt niet gedacht. Ze bleken het gewoon met wat begeleiding prima te kunnen en er zelfs plezier in te hebben. Dus kunnen we stellen dat de proef voor een aantal cliënten geslaagd is. Het is niet geschikt voor alle cliënten. Op deze locatie wonen 29 cliënten en uiteindelijk wordt er nu op 5 appartementen duurzamer schoongemaakt.

Door de pilot zijn een aantal andere locaties ook enthousiast geworden en in een rustig tempo en als de locatie het wil rollen we dit verder uit.

Mooie effect

De milieuwinst hebben we nog niet berekend en die is ook wat lastig te bepalen omdat niet alle cliënten mee kunnen/willen doen. Het is verder van belang om per cliënt een plan te maken hoe en welke ondersteuning hij/zij nodig heeft en wat de beloning is. Een heel grappig effect was dat het werkboek met de pictogrammen met de naam van de cliënt erop als een beloning gezien wordt door de cliënten zelf. Dat hadden we van te voren ook niet bedacht. 

Peter Jiscoot, Gemiva geeft de pen door aan Henry Smeets.

Symposium programma 11 oktober 2022

Facilitair Verduur–Samen
“daag je leverancier uit”

11 oktober 2022

In dit inspirerende symposium, dat we samen met hygiëne specialist CWS organiseren, zoomen we in op de rol van je leverancier in de verduurzamingsopgave waar we allemaal voor staan. Tijdens dit symposium dagen we leveranciers uit op het gebied van duurzaamheid en dit kan nieuwe verrassende inzichten opleveren. Aan de hand van enkele best-practices krijgen we een beeld hoe een betere samenwerking kan leiden tot mooie uitkomsten.

Ons programma op locatie Papendal

12.00         Inloop met lunch
13.00         Opening door dagvoorzitter Suzanne Walsteijn

  • MPZ; hoe zat het ook al weer met duurzaamheid
  • Johan van Engelen, CWS; Duurzaam inkopen
  • Tijmen Boogers, Sanimood; Duurzaam verbouwen

Pauze met rondleiding over Papendal

  • Willem Woudenberg, Sense; De kracht van Geur
  • Roberto Traversari, TNO; Duurzaam vervoer en transport
  • Afsluiting door dagvoorzitter

17.00         Informele borrel

Meld je aan via de link!
Vanuit de instelling mag je uiteraard kosteloos je inkoper meenemen!

We zien je graag op 11 oktober.

   

Dit symposium is speciaal voor onze leden en bedrijfsleden.
Voor meer informatie over deelname en lidmaatschap, contact het verenigingsbureau.

Ik geef de pen door : Eten en drinken bij GGZ Westelijk Noord-Brabant

Koken op de afdeling met cliënten. Dat is de visie op voeding die GGZ Westelijk Noord-Brabant (GGZ WNB) uitdraagt. De organisatie sloot zes jaar geleden de centrale keuken en kookt nu in de meeste gevallen vers op de afdeling. Ron Laurentius, is adviseur eten en drinken en Joyce Baars van Beek Coördinator Services, Restauratieve voorziening en Catering.

“Eten en drinken en ontmoeten, zien wij als een onderdeel van de behandeling. Dit doen we vanuit de herstel ondersteunende zorg, waarbij we cliënten zo veel als mogelijk betrekken bij het eten en drinken. Om de maaltijdbeleving, cliëntparticipatie en eigen regie te bevorderen zijn we overgestapt van een centrale keuken naar afdelingskeukens, waar cliënten zelf of onder begeleiding de maaltijden bereiden. Ook worden de inkopen samen met hen gedaan. Al deze activiteiten rondom de maaltijden zijn onderdeel van de dagbesteding en hebben als doel om cliënten langzaamaan te laten re-integreren in de maatschappij’’, waar mogelijk.

De beste oplossing

Met veel kennis en ervaring op het gebied van eten en drinken in de zorg ging Ron 9 jaar geleden aan de slag bij GGZ WNB. “Ik kwam hier met een doel”, blikt hij terug. “Mijn taak als coördinator voedingszaken was om cliënten meer te betrekken bij eten en drinken.

Tegelijkertijd is ook mijn collega Joyce Baars v Beek begonnen als coördinator Services.    Joyce heeft 2,5 jaar geleden de restauratieve voorziening en catering overgenomen en toegevoegd aan haar takenpakket, maar was ook al nauw betrokken bij het project “koken op de groep”.

Ron is sinds kort een andere functie gaan vervullen binnen GGZ WNB. Hij is nu ‘adviseur eten en drinken’ en richt zich nu vooral op voedselveiligheid en borging van de voedingsvisie. “ De wens vanuit de organisatie was:    Hoe het proces rondom eten en drinken efficiënter kon worden ingericht. De centrale keuken was immers verouderd en we moesten ons houden aan een vastgesteld budget. Koken op de afdeling met cliënten was daarom in meerdere opzichten de beste oplossing voor onze organisatie.”

Stapsgewijs opgestart

Na een uitgebreide inventarisatie startte GGZ WNB in 2015 met de transitie naar kleinschalig koken. “Vanaf toen zijn we de centrale keuken in gedeeltes gaan ontmantelen en hebben we het koken op de afdeling stapsgewijs opgestart”. “Dit kon natuurlijk niet direct op iedere locatie en afdeling, omdat we niet overal over de benodigde faciliteiten beschikten. Daarom zijn op diverse afdelingen de keukens verbouwd en opnieuw ingericht.”

Het is inmiddels 6 jaar geleden dat de centrale keuken bij GGZ WNB volledig ontmanteld is. De organisatie heeft in die tijd een enorme ontwikkeling doorgemaakt.  “We koken nu in ruim 75 procent van de gevallen op de afdeling. Dat gebeurde zes jaar geleden incidenteel tot slechts 30 procent.”

Regie bij de cliënt

De visie op voeding van GGZ WNB is om door middel van duurzame, gezonde en lekkere voeding het herstel van cliënten te bevorderen, waarbij cliënten gestimuleerd worden om zoveel als mogelijk zelf de regie in handen te nemen. Zo zijn er locaties waar cliënten helpen met het bestellen van boodschappen en met het bereiden van maaltijden, maar zijn er ook locaties waar cliënten zelf – waar nodig onder begeleiding – de boodschappen doen en de maaltijden zelf vers te bereiden.

Borging is de sleutel

“De zorgmarkt van tegenwoordig heeft te maken met een gigantisch verloop van personeel. Dat merken wij ook. Daarom hebben wij in 2020 een hernieuwde voedingsvisie opgesteld waarin wij alle bevindingen van dit traject hebben meegenomen. Tevens kunnen we aan de hand van het visiedocument en de e-learning modules afdelingen en locaties bijsturen op het gebied van kennis en werkprocessen. Zo houden we onze voedingsvisie en ons voedingsconcept in leven.”

Grip op kosten

Een van de grote voordelen van de transitie naar kleinschalig koken is het verkrijgen van meer grip op kosten. Naast optimalisatie van de maaltijdbeleving en cliëntparticipatie is ook dit financiële aspect van belang voor GGZ WNB. “Doordat er nu decentraal ingekocht en gekookt wordt, kunnen we per locatie en afdeling exact monitoren waar het geldt naartoe gaat. “Vooral in de huidige tijd van inflatie is dit enorm van belang.”

Alle kleinschalige afdelingen van GGZ WNB maken gebruik van de bestelapp Eten & Zo van de gecontracteerde leverancier.. De handige app wordt ook wel gezien als een digitale kook-assistent en valt mede daarom zeer in de smaak bij de organisatie. Onze medewerkers werken graag met Eten & Zo. Het is een ideale tool voor hen om samen met cliënten boodschappen te doen, maar ook om zelf hun budget in de gaten te houden. De afdelingen werken over het algemeen met een klein budget en kunnen dankzij de budgettool heel eenvoudig het budget monitoren.”

Restaurant en Catering De Sprenge

De afgelopen jaren zijn er een groot aantal veranderingen doorgevoerd binnen de catering en restauratieve voorzieningen vertelt Joyce Baars Coördinator Services, Restaurant en Catering binnen GGZ Westelijk Noord Brabant. Zo zijn we de afgelopen jaren van vraag gestuurd naar meer vraaggericht gaan werken.

In de eerste lockdown tijdens de corona ( covid 19) periode, hebben we het gehele restaurant een facelift gegeven om een frissere en moderne uitstraling te creëren.

De rookruimte is uit het restaurant verwijderd, voorsorterend op een rookvrij beleid binnen de zorg, en is alles voorzien van een frisse kleur en zijn tafels, stoelen, buffet en uitgifte balie voorzien van een nieuwe lamineer laag. Ook is er en een leestafel (gemaakt door één van onze zorgpartners op het terrein) met dagbladen en weekbladen. Verder hebben ze een heerlijk buitenterras.

In de kiosk kunnen koffie, thee en allerlei (alcoholvrije) dranken, ijs en zoetwaren gekocht worden. Het assortiment is aangepast. in het kernassortiment zijn ook meer de gezondere en duurzame artikelen in het assortiment gekomen.

De menu kaarten zij aangepast en is er ook een aparte koffie kaart, waar ook speciale koffies op staan.

De trend van dit moment is kwaliteit, verwenmomenten, variatie, maar vooral ook presentatie.

Elke week is er een “broodje van de week en een warme maaltijd (dagschotel) die á la minute kan worden bereid. Zo hebben we zo min mogelijk waist en achteruitgang van kwaliteit.  Daarnaast bakken we zelf halffabricaat producten af zoals oerbrood, broodjes, maar ook koeken en andere lekkernijen.

Bij het buffet in de Sprenge is gebaseerd op het principe van zelfservice, echter door Corona staat er een klein assortiment klaar en de rest wordt ook ter plekke bereidt.

Ook hebben we mogelijkheden voor clientparticipatie en werken er met regelmaat cliënten mee om weer werkervaring op te doen. Dit wordt door iedereen als zeer positief ervaren.

Tevens worden vanuit de Catering ook diverse lunches en hapjes etc. gemaakt voor vergaderingen en kleine en grote bijeenkomsten. Ook hier hebben we meer (gezonde) keuzes gemaakt.

Duurzaamheid , lekker, gezond, gastvrijheid en herstelgericht werken zijn de kernwaarden binnen de catering en  moet meer stromen met de ontwikkelingen in de markt.

Ron Laurentius geeft de pen door aan Peter Jiscoot van Gemiva-SVG Groep.